Betekenis van:
ambidextrous
ambidextrous
Bijvoeglijk naamwoord
- tweehandig
- equally skillful with each hand
"an ambidextrous surgeon"
Synoniemen
ambidextrous
Bijvoeglijk naamwoord
- tweehandig
- equally skillful with each hand
"an ambidextrous surgeon"
Synoniemen
ambidextrous
Bijvoeglijk naamwoord
- tweehandig
- marked by deliberate deceptiveness especially by pretending one set of feelings and acting under the influence of another
Synoniemen
Voorbeeldzinnen
- I'm ambidextrous.
- We're ambidextrous.
- Tom is ambidextrous.
- My brother is ambidextrous.