Betekenis van:
cyclic

cyclic
Bijvoeglijk naamwoord
  • een kring beschrijvend
  • recurring in cycles

Synoniemen

Hyperoniemen

cyclic
Bijvoeglijk naamwoord
  • de conjunctuur betreffend
  • recurring in cycles

Synoniemen

cyclic
Bijvoeglijk naamwoord
    • forming a whorl or having parts arranged in a whorl
    "cyclic petals"
    "cyclic flowers"
    cyclic
    Bijvoeglijk naamwoord
      • of a compound having atoms arranged in a ring structure
      cyclic
      Bijvoeglijk naamwoord
        • marked by repeated cycles
        cyclic
        Bijvoeglijk naamwoord
          • conforming to the Carnot cycle

          Voorbeeldzinnen

          1. Life's nature is cyclic.
          2. This is a cyclic topic.
          3. Cyclic
          4. Cyclic controls;
          5. Cyclic hydrocarbons:
          6. cyclic controls;
          7. Cyclic hydrocarbons
          8. Cyclic phosphate
          9. Methylethoxysiloxane cyclic polymer
          10. Saturated cyclic hydrocarbons
          11. Cyclic polymers of aldehydes
          12. Unsaturated cyclic hydrocarbons
          13. CPA 20.14.12: Cyclic hydrocarbons
          14. Other cyclic hydrocarbons
          15. Cyclic amides (including cyclic carbamates) and their derivatives; salts thereof