Betekenis van:
delicacy

delicacy
Zelfstandig naamwoord
  • iets erg lekkers; iets lekkers; snoepgoed
  • something considered choice to eat

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

delicacy
Zelfstandig naamwoord
  • fijnheid
  • lightness in movement or manner

Synoniemen

Hyperoniemen

delicacy
Zelfstandig naamwoord
  • fijnheid
  • lightness in movement or manner

Synoniemen

Hyperoniemen

delicacy
Zelfstandig naamwoord
  • fijne eetwaren
  • something considered choice to eat

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

delicacy
Zelfstandig naamwoord
  • lekkers dat je uitdeelt
  • something considered choice to eat

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

delicacy
Zelfstandig naamwoord
    • lack of physical strength

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    delicacy
    Zelfstandig naamwoord
      • smallness of stature

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      delicacy
      Zelfstandig naamwoord
        • refined taste; tact

        Synoniemen

        Hyperoniemen

        delicacy
        Zelfstandig naamwoord
        • broosheid
        • subtly skillful handling of a situation

        Synoniemen

        Hyperoniemen

        delicacy
        Zelfstandig naamwoord
          • the quality of being beautiful and delicate in appearance

          Synoniemen

          Hyperoniemen


          Voorbeeldzinnen

          1. Mary is lacking in delicacy.
          2. I always loved your delicacy.
          3. Blowfish is a delicacy in Japan.
          4. I regard crab as a great delicacy.
          5. Fried spiders are a regional delicacy in Cambodia.
          6. Egg tarts, when freshly baked, are a real delicacy.
          7. Persimmons are highly nutritious and a great delicacy, but sometimes you get a sour one.
          8. With extreme delicacy, the lotion offers its softening care to your skin.