Betekenis van:
domesticity

domesticity
Zelfstandig naamwoord
  • leven in een gezin
  • domestic activities or life
"making a hobby of domesticity"

Hyperoniemen

domesticity
Zelfstandig naamwoord
  • leven van familieleden onder elkaar
  • domestic activities or life
"making a hobby of domesticity"

Hyperoniemen

domesticity
Zelfstandig naamwoord
  • gezelligheid thuis
  • domestic activities or life
"making a hobby of domesticity"

Hyperoniemen

domesticity
Zelfstandig naamwoord
    • the quality of being domestic or domesticated
    "a royal family living in unpretentious domesticity"

    Hyperoniemen