Betekenis van:
gasket

gasket
Zelfstandig naamwoord
  • ring rond een buis of steel
  • seal consisting of a ring for packing pistons or sealing a pipe joint

Hyperoniemen

Hyponiemen

gasket
Zelfstandig naamwoord
  • luchtdichte afsluiting
  • seal consisting of a ring for packing pistons or sealing a pipe joint

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. I blew a gasket.