Betekenis van:
gimmick
gimmick
Zelfstandig naamwoord
- foefje; handigheidje; slimmigheidje; trucje; truc; handigheid; slimme streek; gemene streek; kunstje; handigheid
- any clever maneuver
"it was a great sales gimmick"
"a cheap promotions gimmick for greedy businessmen"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
gimmick
Zelfstandig naamwoord
- iemand of iets zonder naam
- something unspecified whose name is either forgotten or not known
Synoniemen
- doodad
- doohickey
- doojigger
- gismo
- gizmo
- gubbins
- thingamabob
- thingamajig
- thingmabob
- thingmajig
- thingumabob
- thingumajig
- thingummy
- whatchamacallit
- whatchamacallum
- whatsis
- widget
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- That's a gimmick.