Betekenis van:
hasten
to hasten
Werkwoord
- suizen; snel voortbewegen; zoeven
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- zeer hard waaien
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- versnellen
- act or move at high speed
Synoniemen
Hyperoniemen
to hasten
Werkwoord
- zich begeven naar
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- zich haastig voortbewegen; snel erheen gaan; zich snel voortbewegen; snellen
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- afraffelen, afraggen, aframmelen, afroffelen, afjakkeren
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- afhollen
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- doorsnellen
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- afhollen
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- doorvliegen
- act or move at high speed
Synoniemen
Hyperoniemen
to hasten
Werkwoord
- doorsnellen
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
to hasten
Werkwoord
- afhollen
- move fast
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- Hasten, my lads!
- Hasten slowly, and without losing heart, put your work twenty times upon the anvil.
- I must hasten to add that I do not mean to blame him.