Betekenis van:
homecoming

homecoming
Zelfstandig naamwoord
  • het terugkeren; het terugkomen
  • a coming to or returning home

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

homecoming
Zelfstandig naamwoord
  • terugkeer naar huis
  • a coming to or returning home

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

homecoming
Zelfstandig naamwoord
  • het sturen naar waar het vandaan kwam
  • a coming to or returning home

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

homecoming
Zelfstandig naamwoord
  • BKR, contraprestatie, contraprestatieregeling
  • a coming to or returning home

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

homecoming
Zelfstandig naamwoord
  • retourvracht
  • a coming to or returning home

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

homecoming
Zelfstandig naamwoord
  • thuiskeer
  • a coming to or returning home

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

homecoming
Zelfstandig naamwoord
    • an annual school or university reunion for graduates

    Hyperoniemen


    Voorbeeldzinnen

    1. Tom took Mary to the homecoming dance.