Betekenis van:
imp

imp
Zelfstandig naamwoord
  • bengel; deugniet; kind; onvolwaardig, jong iemand
  • one who is playfully mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

imp
Zelfstandig naamwoord
  • ondeugend persoon; deugniet; deugniet; ondeugd; ondeugend kind; ondeugend iemand; ondeugend iemand; deugniet; sympathiek maar guitig iemand; ondeugend iemand; stout iemand; ondeugende jongen; lastig kind; gecastreerde haan; slechte zede; gemene kerel; ondeugende jongen; deugniet
  • one who is playfully mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

imp
Zelfstandig naamwoord
  • boosaardige kabouter
  • (folklore) fairies that are somewhat mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

imp
Zelfstandig naamwoord
  • straatjongen, schoffie
  • one who is playfully mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

imp
Zelfstandig naamwoord
  • duveltje, duiveltje
  • one who is playfully mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

imp
Zelfstandig naamwoord
  • duveltje
  • (folklore) fairies that are somewhat mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

imp
Zelfstandig naamwoord
  • alf
  • (folklore) fairies that are somewhat mischievous

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. What a little imp he is!
  2. 7,50 - 20 IMP
  3. 9,5L - 15 IMP
  4. 4,00 - 18 IMP
  5. 7,60 - 15 IMP
  6. 7,50 - 16 IMP
  7. 5,00 - 12 IMP
  8. 7,50 - 18 IMP
  9. 7,50 - 24 IMP
  10. sodium salts of IMP
  11. 9,5L - 14 IMP
  12. Insoluble sodium polyphosphate, IMP
  13. AGRI-IMP[email protected]
  14. 4,00 - 10 IMP
  15. 10,0 - 15.3 IMP