Betekenis van:
lair

lair
Zelfstandig naamwoord
  • ligplaats van wild; vaste ligplaats van in het wild levende viervoetige dieren, met name hazen en herten; leger
  • the habitation of wild animals

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. A fox smells its own lair first.
  2. The octopus only exits its lair to look for food or for reproductive purposes.