Betekenis van:
master

master
Zelfstandig naamwoord
  • groot kunstenaar
  • an artist of consummate skill
"a master of the violin"
"one of the old masters"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • origineel v.e. ambtelijk stuk
  • an original creation (i.e., an audio recording) from which copies can be made

Synoniemen

Hyperoniemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • sleutel die op alle sloten past
  • key that secures entrance everywhere

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • oorspronkelijk stuk
  • an original creation (i.e., an audio recording) from which copies can be made

Synoniemen

Hyperoniemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • sleutel v.e. huisdeur
  • key that secures entrance everywhere

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • iemand met de mastertitel
  • someone who holds a master's degree from academic institution

Hyperoniemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • hoofd v.e. lyceum of atheneum
  • presiding officer of a school

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • hoofd v.d. hofhouding
  • a person who has general authority over others

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • onderwijzer op een basisschool; onderwijzer op een basisschool
  • presiding officer of a school

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • hoofd v.e. corporatie of orde
  • a person who has general authority over others

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • baas op een schip
  • an officer who is licensed to command a merchant ship

Synoniemen

Hyperoniemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • bestuurder, directeur van een school voor voortgezet onderwijs, een scholengemeenschap
  • presiding officer of a school

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
  • onderofficier bij de zeemacht
  • a person who has general authority over others

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

master
Zelfstandig naamwoord
    • an authority qualified to teach apprentices

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    Hyponiemen

    master
    Zelfstandig naamwoord
    • triomfator
    • a combatant who is able to defeat rivals

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    Hyponiemen

    master
    Zelfstandig naamwoord
    • moederblad
    • an original creation (i.e., an audio recording) from which copies can be made

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    master
    Zelfstandig naamwoord
      • directs the work of others

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      master
      Zelfstandig naamwoord
      • scheepskapitein
      • an officer who is licensed to command a merchant ship

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      master
      Zelfstandig naamwoord
      • schooldirecteur, schoolhoofd
      • presiding officer of a school

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      master
      Zelfstandig naamwoord
      • magister
      • a person who has general authority over others

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      master
      Zelfstandig naamwoord
      • magister
      • presiding officer of a school

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      to master
      Werkwoord
      • zwemmend oversteken
      • get on top of; deal with successfully

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      to master
      Werkwoord
      • onderdrukken
      • get on top of; deal with successfully

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      to master
      Werkwoord
      • zwemmen voor een proef
      • get on top of; deal with successfully

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      to master
      Werkwoord
      • van mensen en zaken
      • get on top of; deal with successfully

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      to master
      Werkwoord
        • have dominance or the power to defeat over
        "Her pain completely mastered her"
        "The methods can master the problems"

        Synoniemen

        Hyperoniemen

        Hyponiemen

        to master
        Werkwoord
          • be or become completely proficient or skilled in
          "She mastered Japanese in less than two years"

          Synoniemen

          Hyperoniemen

          to master
          Werkwoord
            • have a firm understanding or knowledge of; be on top of

            Synoniemen

            Hyperoniemen

            Hyponiemen

            master
            Bijvoeglijk naamwoord
              • most important element
              "the master bedroom"
              "a master switch"

              Synoniemen


              Voorbeeldzinnen

              1. Yes, master.
              2. You're the master.
              3. Master rang the bell.
              4. Tom is a master.
              5. He found his master.
              6. Neither God nor Master.
              7. He served his master well.
              8. He tried to master French.
              9. To master English is hard.
              10. I am natural born master.
              11. To master English is difficult.
              12. English isn't easy to master.
              13. Tom is a Master Gardener.
              14. I'd like to master English.
              15. I have the master key.