Betekenis van:
pacemaker

pacemaker
Zelfstandig naamwoord
  • instrument dat het hart stimuleert; kunstmatige elektronische gangmaker voor het hart
  • an implanted electronic device that takes over the function of the natural cardiac pacemaker

Synoniemen

Hyperoniemen

pacemaker
Zelfstandig naamwoord
    • a horse used to set the pace in racing

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    pacemaker
    Zelfstandig naamwoord
      • a leading instance in its field

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      pacemaker
      Zelfstandig naamwoord
        • a specialized bit of heart tissue that controls the heartbeat

        Synoniemen

        Hyperoniemen


        Voorbeeldzinnen

        1. I've got a pacemaker.
        2. Tom has a pacemaker.
        3. Pacemaker
        4. Pacemaker manufacturers.
        5. Driving licences may be issued to, or renewed for, applicants or drivers wearing a pacemaker subject to authorised medical opinion and regular medical check-ups.