Betekenis van:
pastoral

pastoral
Bijvoeglijk naamwoord
  • SJF rel
  • of or relating to a pastor
"pastoral work"
"a pastoral letter"
pastoral
Bijvoeglijk naamwoord
    • relating to shepherds or herdsmen or devoted to raising sheep or cattle
    "pastoral seminomadic people"
    "pastoral land"

    Synoniemen

    pastoral
    Bijvoeglijk naamwoord
      • (used with regard to idealized country life) idyllically rustic
      "charming in its pastoral setting"

      Synoniemen

      pastoral
      Zelfstandig naamwoord
      • liefdesverhouding
      • a literary work idealizing the rural life (especially the life of shepherds)

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      pastoral
      Zelfstandig naamwoord
      • rustig stuk muziek
      • a musical composition that evokes rural life

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      pastoral
      Zelfstandig naamwoord
      • herderspoëzie
      • a letter from a pastor to the congregation

      Hyperoniemen

      pastoral
      Zelfstandig naamwoord
      • herdersroman, pastorale, arcadia
      • a literary work idealizing the rural life (especially the life of shepherds)

      Hyperoniemen

      Hyponiemen

      pastoral
      Zelfstandig naamwoord
      • zendbrief
      • a letter from a pastor to the congregation

      Hyperoniemen


      Voorbeeldzinnen

      1. No trace of Napoleon's waltz across Europe appears in the pastoral novels of Jane Austen.