Betekenis van:
pullulate

to pullulate
Werkwoord
  • in een zwerm uitvliegen
  • move in large numbers
"beggars pullulated in the plaza"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

to pullulate
Werkwoord
  • wemelen, sterven, krioelen, stikken
  • be teeming, be abuzz
"her mind pullulated with worries"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

to pullulate
Werkwoord
  • omzwermen
  • move in large numbers
"beggars pullulated in the plaza"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

to pullulate
Werkwoord
    • breed freely and abundantly

    Hyperoniemen

    to pullulate
    Werkwoord
      • become abundant; increase rapidly

      Hyperoniemen

      to pullulate
      Werkwoord
      • uitbotten, botten
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      to pullulate
      Werkwoord
      • ontkiemen, kiemen, punten
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      to pullulate
      Werkwoord
      • reidansen, reien
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      to pullulate
      Werkwoord
      • uitlopen, uitschieten, schieten
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen