Betekenis van:
rowdy
rowdy
Bijvoeglijk naamwoord
- schor; hees; hard en schor
- disturbing the public peace; loud and rough
"rowdy teenagers"
Synoniemen
rowdy
Bijvoeglijk naamwoord
- luiduchtig, rumoerig; luidruchtig, rumoerig; lawaai(er)ig
- disturbing the public peace; loud and rough
"rowdy teenagers"
Synoniemen
Hyperoniemen
rowdy
Bijvoeglijk naamwoord
- rumoerig
- disturbing the public peace; loud and rough
"rowdy teenagers"
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- Watch out for rowdy or drunk customers.
- My brother has been much too rowdy lately.
- These gatherings always get rowdy after hours, when the boss breaks out the single-malt scotch.