Betekenis van:
savory

savory
Bijvoeglijk naamwoord
  • smeuïg; smakelijk
  • pleasing to the sense of taste

Synoniemen

Hyperoniemen

savory
Bijvoeglijk naamwoord
  • aangenaam van smaak
  • pleasing to the sense of taste

Synoniemen

savory
Bijvoeglijk naamwoord
    • morally wholesome or acceptable
    "a past that was scarcely savory"

    Synoniemen

    savory
    Bijvoeglijk naamwoord
      • having an agreeably pungent taste

      Synoniemen

      savory
      Bijvoeglijk naamwoord
      • hartig
      • pleasing to the sense of taste

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      savory
      Zelfstandig naamwoord
        • either of two aromatic herbs of the mint family

        Synoniemen

        Hyperoniemen

        Hyponiemen

        savory
        Zelfstandig naamwoord
          • any of several aromatic herbs or subshrubs of the genus Satureja having spikes of flowers attractive to bees

          Hyperoniemen

          Hyponiemen

          savory
          Zelfstandig naamwoord
            • an aromatic or spicy dish served at the end of dinner or as an hors d'oeuvre

            Synoniemen

            Hyperoniemen

            savory
            Zelfstandig naamwoord
              • dwarf aromatic shrub of Mediterranean regions

              Synoniemen

              Hyperoniemen


              Voorbeeldzinnen

              1. Winter savory, summer savory
              2. Sage (Winter savory, summer savory,)
              3. Sage (Winter savory, summer savory)
              4. Satureja Hortensis Extract is an extract of the herb of the savory, Satureja hortensis, Labiatae