Betekenis van:
spud

spud
Zelfstandig naamwoord
  • gat in een sok
  • an edible tuber native to South America; a staple food of Ireland

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

spud
Zelfstandig naamwoord
  • eetbare knol; aardappel
  • an edible tuber native to South America; a staple food of Ireland

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

spud
Zelfstandig naamwoord
    • a sharp hand shovel for digging out roots and weeds

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    to spud
    Werkwoord
      • initiate drilling operations, as for petroleum
      "The well was spudded in April"

      Hyperoniemen

      to spud
      Werkwoord
      • uitbotten, botten
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      to spud
      Werkwoord
      • ontkiemen, kiemen, punten
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      to spud
      Werkwoord
      • reidansen, reien
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen

      to spud
      Werkwoord
      • uitlopen, uitschieten, schieten
      • produce buds, branches, or germinate

      Synoniemen

      Hyperoniemen