Betekenis van:
task
task
Zelfstandig naamwoord
- zaak die men denkt uit te voeren of te onderzoeken in een instelling enz.
- any piece of work that is undertaken or attempted
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
task
Zelfstandig naamwoord
- grote klus; zaak van enig gewicht die men op zich neemt
- any piece of work that is undertaken or attempted
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
task
Zelfstandig naamwoord
- het verzorgen van begrafenissen; uitvoering v.d. taken rond begrafenissen
- any piece of work that is undertaken or attempted
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
task
Zelfstandig naamwoord
- ontwerp voor een bouwwerk
- any piece of work that is undertaken or attempted
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Voorbeeldzinnen
- I've accomplished my task.
- This task requires dexterity.
- Starting is half the task.
- This is an ordinary task.
- Finally I finished my task.
- The task was total agony.
- We must accomplish our task.
- He was assigned a task.
- This task took three hours.
- Did you accomplish the task?
- Is your task easy, Joseph?
- We brought off the task.
- Any task may become painful.
- Only dedicated girls can endure this task.
- This task is too much for me.