Betekenis van:
tiro

tiro
Zelfstandig naamwoord
  • nieuweling (in klooster)
  • someone new to a field or activity

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

tiro
Zelfstandig naamwoord
  • beginner, nieuweling in een of ander vak
  • someone new to a field or activity

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen