Betekenis van:
unbending

unbending
Bijvoeglijk naamwoord
  • bekrompen en vasthoudend
  • incapable of adapting or changing to meet circumstances
"an unbending will to dominate"

Synoniemen

unbending
Bijvoeglijk naamwoord
  • onwrikbaar
  • incapable of adapting or changing to meet circumstances
"an unbending will to dominate"

Synoniemen

Hyperoniemen

unbending
Bijvoeglijk naamwoord
  • ontoegeeflijk, ontoegefelijk
  • incapable of adapting or changing to meet circumstances
"an unbending will to dominate"

Synoniemen

Werkwoord