Betekenis van:
wed

wed
Bijvoeglijk naamwoord
  • gehuwd; getrouwd
  • having been taken in marriage

Synoniemen

Hyperoniemen

to wed
Werkwoord
  • (een paar) in de echt verbinden
  • take in marriage

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

to wed
Werkwoord
    • perform a marriage ceremony
    "We were wed the following week"

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    Hyponiemen

    to wed
    Werkwoord
    • trouwen, huwen
    • take in marriage

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    Hyponiemen

    wed
    Zelfstandig naamwoord
    • derde dag v.d. werkweek
    • the fourth day of the week; the third working day

    Synoniemen

    Hyperoniemen


    Voorbeeldzinnen

    1. Tom was wed when he returned.
    2. Better be half hanged than ill wed.