Betekenis van:
Engels

Engels (het ~)
Zelfstandig naamwoord
  • Engelse taal

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ze spreekt altijd Engels.
  2. Spreekt hij Engels?
  3. Zijn Engels is perfect.
  4. Ellen spreekt geen Engels.
  5. Spreekt hier iemand Engels?
  6. Ik kan Engels spreken.
  7. Je spreekt goed Engels.
  8. Tony spreekt goed Engels.
  9. Hij is leraar Engels.
  10. Spreekt u Engels?
  11. David Beckham is Engels.
  12. Engels is moeilijk hè?
  13. Spreken jullie Engels?
  14. Je spreekt vloeiend Engels.
  15. Excuseer, spreekt u Engels?