Betekenis van:
aanbieding
aanbieding
Zelfstandig naamwoord
- iets voordelig te koop aanbieden
"De winkel stond vol met verschillende aanbiedingen."
aanbieding (de ~ | meervoud aanbiedingen)
Zelfstandig naamwoord
- tijdelijk goedkoper artikel; zeer voordelige aanbieding; onverwachte meevaller; iets goedkoops (m.n. auto's)
"een boodschappenkar vol aanbiedingen"
Synoniemen
- gelegenheidsaanbieding
- gelegenheidskoopje
- gunstkoopje
- koopje
- meenemer
- meenemertje
- reclame-aanbieding
- seizoenaanbieding
- voordeelaanbieding
- opsteker
- occasion
Hyperoniemen
aanbieding
Zelfstandig naamwoord
- het aanbieden
"aanbieding van een offerte"
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- Openbare aanbieding
- VOORWAARDEN VAN DE AANBIEDING
- Nummer van de aanbieding
- KOSTEN VAN DE UITGIFTE/AANBIEDING
- Aanbieding van het begeleidingsdocument voor douanevervoer
- Voorwaarden waaraan de aanbieding onderworpen is.
- Aanbieding bij het kantoor van bestemming
- Termijn voor de aanbieding ter bestemming
- Een aanbieding is slechts geldig, indien:
- de minimumhoeveelheid van de aanbieding, beneden dewelke de aanbieding als niet-ingediend wordt beschouwd,
- Redenen voor de aanbieding en bestemming van de opbrengsten
- het geplande tijdschema van de aanbieding/toelating tot de handel;
- In de aanbieding moeten de volgende gegevens worden vermeld:
- Belangen van bij de uitgifte/aanbieding betrokken natuurlijke en rechtspersonen
- KOSTEN VAN DE UITGIFTE/AANBIEDING VAN DE CERTIFICATEN VAN AANDELEN