Betekenis van:
aanbinden

aanbinden
Werkwoord
  • met bijvoorbeeld een koord, riem of touw bevestigen
"Voordat we gaan rijden moeten we de spullen in de laadruimte nog aanbinden."
aanbinden
Werkwoord
  • vastmaken; vastmaken met riem of touw; vastmaken aan; met een touw vastmaken
"de kat de bel aanbinden"
"schaatsen aanbinden"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1.  geen systematische mutilatie, isolatie of permanent aanbinden;
  2. Met ingang van 1 januari 2006 is het aanbinden van zeugen en gelten verboden.
  3. Markten of verzamelcentra dienen, zo nodig, voorzieningen te verstrekken voor het aanbinden van de dieren.