Betekenis van:
aanhouden
aanhouden
Werkwoord
- in een bepaalde richting gaan
"een koers aanhouden"
"ergens op aanhouden"
Hyperoniemen
aanhouden
Werkwoord
- staande houden
"De hardrijder werd aangehouden en bekeurd."
aanhouden
Werkwoord
- het woord richten tot; tegenhouden
"toen zij de burgemeester tegenkwam hield zij hem aan"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
aanhouden
Werkwoord
- met nadruk vragen; iets blijven volhouden, vragen
"je moet niet zo aanhouden"
"ze hield maar aan dat ik nog een glaasje port moest drinken"
Synoniemen
Hyperoniemen
aanhouden
Werkwoord
- in hechtenis nemen
"verdachten aanhouden"
Synoniemen
Hyperoniemen
aanhouden
Werkwoord
- arresteren
aanhouden
Werkwoord
- in beslag nemen
aanhouden
Werkwoord
- volhouden
aanhouden
Werkwoord
- voortduren
aanhouden
Werkwoord
- niet toewijzen, niet behandelen
Voorbeeldzinnen
- De regen bleef de ganse nacht door aanhouden.
- Zoals altijd kon ik slechts hopen dat de politie me niet zou aanhouden.
- Aanhouden van de erkenningsprocedure
- een hoog werktempo aanhouden
- waarbij cliënten geen gelden of effecten aanhouden;
- Deze vertraging zal in 2009 aanhouden.
- VOORSCHRIFTEN VOOR HET AANHOUDEN VAN EEN HOGERE BEZETTINGSDICHTHEID
- Helling in m/km (indien deze ontbreekt, 0,16 aanhouden)
- Deze post bevat hoofdzakelijk rekeningen voor het aanhouden van minimumreserves.
- Niets wijst er ook op dat de uitvoer niet het huidige prijsniveau zal aanhouden.
- De statistische rapportageverplichtingen blijven van kracht ongeacht of instellingen hun reserves via een intermediair aanhouden.
- De vraag blijft aanhouden, hoewel in 2008-2009 een lichte achteruitgang verwacht wordt.
- Welke categorieën afval (zo mogelijk de nomenclatuur van de Europese afvalcatalogus aanhouden) worden meeverbrand in cementinstallaties?
- Fabrikanten moeten de emissieduurzaamheidsperioden volgens tabel 1 van deze paragraaf aanhouden.
- Teneinde budgettaire schommelingen op te vangen, mogen publieke omroepen bepaalde reserves aanhouden.