Betekenis van:
aardig
aardig
Bijvoeglijk naamwoord
- aantrekkelijk vooral door middel van kleinheid of schoonheid.
Synoniemen
aardig
Bijvoeglijk naamwoord
- behoorlijk; aanzienlijk; aanmerkelijk; behoorlijk; van belang; aanzienlijk; van groot belang; beduidend; ingrijpend; flink; aanzienlijk
"het is nog een aardig eindje lopen"
"de vissers verdienden een aardig centje bij met reddingswerk"
Synoniemen
aardig
Bijvoeglijk naamwoord
- sympathiek; aardig; aardig
"(dat is) aardig van [Marie]"
"iets niet aardig van iemand vinden"
Synoniemen
aardig
Bijvoeglijk naamwoord
- vriendelijk; mild; hartelijk; vrijgevig
Synoniemen
Hyperoniemen
aardig
Bijvoeglijk naamwoord
- zachtaardig en vriendelijk
Synoniemen
Hyperoniemen
aardig
Bijwoord
- zeer, veel
"Ik heb aardig veel aarde gebruikt bij het ophogen van de tuin."
aardig
Bijwoord
- aangenaam
Voorbeeldzinnen
- Tom drinkt aardig wat.
- Wees aardig voor anderen.
- Hij is erg aardig.
- Wat aardig van u!
- Wees aardig voor anderen.
- Wees aardig voor anderen.
- Hij is vandaag erg aardig.
- Judy is aardig tegen iedereen.
- Ze was heel aardig tegen iedereen.
- Je bent heel aardig
- Ze is niet alleen aardig, maar ook eerlijk.
- Ik vertelde haar dat je een aardig meisje bent.
- Hij is erg aardig. Hij spreekt nooit kwaad over anderen.
- Heb je door dat Tom je niet aardig vindt?
- Het is erg aardig van je om me zo'n mooi cadeau te sturen.