Betekenis van:
afkoeling

afkoeling (de ~ | meervoud afkoelingen)
Zelfstandig naamwoord
  • het verkoelen of dat wat verkoelt; proces van koeler worden of maken; het weer fris maken
"ter afkoeling"
"sterke afkoeling"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

afkoeling (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • vermindering in heftigheid (van emoties, enz.)
"De opmerking van de directeur zorgde voor enige afkoeling in de vergaderzaal"

Synoniemen

Hyperoniemen

afkoeling
Zelfstandig naamwoord
  • een proces waarbij de temperatuur geleidelijk lager wordt

Voorbeeldzinnen

  1. "versplintering door snelle afkoeling";
  2. Geforceerde afkoeling 4.3.3.
  3. Afkoeling van de motor
  4. "versplintering door snelle afkoeling";
  5. Productie — Bad/afkoeling/koude behandeling
  6. voor wijn, door gedeeltelijke concentratie door afkoeling.
  7. Ongeforceerde of geforceerde afkoeling van de motor
  8. Bij geforceerde afkoeling van het nabehandelingssysteem mag koellucht pas worden gebruikt na afkoeling van het systeem tot onder de activeringstemperatuur van de katalysator.
  9. Bij geforceerde afkoeling van het nabehandelingssysteem mag koellucht pas worden gebruikt na afkoeling van het systeem tot onder de activeringstemperatuur van de katalysator.
  10. Het voertuig kan door geforceerde afkoeling op de testtemperatuur worden gebracht.
  11. [Een complexe verzameling koolwaterstoffen, door afkoeling afgescheiden van de gassen uit dampterugwinningssystemen.
  12. (Een complexe verzameling koolwaterstoffen, afgescheiden van aardgas met processen als afkoeling en absorptie.
  13. [Een complexe verzameling koolwaterstoffen, afgescheiden van aardgas door processen als afkoeling en absorptie.
  14. Na afkoeling wordt het glas versneden en is het klaar voor de verkoop.
  15. (Een complexe verzameling koolwaterstoffen, afgescheiden van de gassen die worden verkregen uit dampherwinningssystemen door afkoeling.