Betekenis van:
afschot
afschot (het ~)
Zelfstandig naamwoord
- hellingshoek voor waterafvoer
"de riolen moeten een voldoende afschot hebben"
Hyperoniemen
afschot
Zelfstandig naamwoord
- een bewust aangebrachte helling van een vlak of leiding voor het doen af- of weglopen van vloeistof
"Er was onvoldoende afschot waardoor het water op het dak bleef staan."
Voorbeeldzinnen
- Afschot met passend geweer of pistool en passende munitie