Betekenis van:
appelboom

appelboom (de ~ | meervoud appelbomen)
Zelfstandig naamwoord
  • boom die appels groeit; boom waaraan appels groeien

Synoniemen

Hyperoniemen

appelboom
Zelfstandig naamwoord
  • boom waaraan appels groeien

Voorbeeldzinnen

  1. Ik heb een appelboom geplant in mijn tuin.
  2. Ik heb een appelboom geplant in mijn tuin.