Betekenis van:
argeloos
argeloos
Bijvoeglijk naamwoord
- nietsvermoedend
"een argeloze toeschouwer"
"ze aankopen en invoeren kan de argeloze toerist een fikse boete kosten"
Synoniemen
Hyperoniemen
argeloos
Bijvoeglijk naamwoord
- zonder zich van mogelijk gevaar bewust te zijn