Betekenis van:
baard
baard (de ~ | meervoud baarden)
Zelfstandig naamwoord
- haargroei op de kin; haar uit een baard
"een mop met een baard"
"een volle baard"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
baard
Zelfstandig naamwoord
- gezichtsbeharing van de man
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Hij heeft een baard.
- Heb je al een baard?
- Mama, waarom heb ik geen oom met een baard?
- Een baard maakt nog geen filosoof
- Tot aan de baard zo wijs, ogenschijnlijk wijs