Betekenis van:
beul
beul (de ~ | meervoud beulen)
Zelfstandig naamwoord
- uitvoerder van lijf- en doodstraffen; beul
"zo brutaal als de beul"
"een beul zijn voor [iemand]"
Synoniemen
Hyperoniemen
beul
Zelfstandig naamwoord
- traditioneel de uitvoerder van van overheidswege opgelegde lijfstraffen en aangesteld om ter dood veroordeelden te executeren