Betekenis van:
bevelhebber
bevelhebber (de ~ | meervoud bevelhebbers)
Zelfstandig naamwoord
- iem. die het bevel voert
"de bevelhebbers van de strijdende partijen hebben vandaag een akkoord bereikt"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
bevelhebber
Zelfstandig naamwoord
- iemand die het commando heeft over een leger of vloot
"De bevelhebber droeg de manschappen op zich terug te trekken."
Voorbeeldzinnen
- Bevelhebber infanteriebataljon
- Tactisch bevelhebber LID 77
- Andere informatie: FDLR-bevelhebber.
- Staf bevelhebber luchtmacht, Mingaladon
- Tactisch bevelhebber LID 11
- Bevelhebber van Khatam al-Anbiya
- Plaatsvervangend bevelhebber van de IRGC
- Bevelhebber 702de bataljon lichte infanterie
- Bevelhebber Maritiem Commando regio Irrawaddy
- Plaatsvervangend bevelhebber van de IRG
- Bevelhebber Commando zeemacht sector Taninthayi
- Bevelhebber van de Basij-weermacht
- Bevelhebber van de marine van de IRGC.
- Bevelhebber militaire sector 3 (West-Rangoon)
- Functie: Bevelhebber van de IRGC (Pasdaran).