Betekenis van:
bezinnen

bezinnen
Werkwoord
  • ''zich ~ op, over'' opnieuw ergens over nadenken
"De economen bezinnen zich over de gevolgen van de recessie die in 2008 begon."
bezinnen
Werkwoord
  • tijd nemen om na te denken
"Hij ging op pelgrimstocht om te bezinnen."
bezinnen
Werkwoord
  • bij zichzelf overleggen
"bezint eer ge begint"
"zich bezinnen op iets"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

bezinnen
Werkwoord
  • nadenken

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Cinematografische beelden zijn van cruciaal belang om het verleden te leren kennen en zich over onze beschaving te bezinnen.
  2. Gezien de voortdurend verslechterende resultaten heeft de SNCF zich toen moeten bezinnen op een oplossing om Sernam Domaine uit het dal te halen.
  3. Voorts bezinnen de partijen zich op praktische maatregelen, onder meer om de verspreiding van kernwapens en chemische en biologische wapens te verhinderen en een buitensporige accumulatie van conventionele wapens te voorkomen.
  4. In 2008 is in de gezamenlijke verklaring van de top van Parijs voor het Middellandse Zeegebied bevestigd dat de Europese Unie bereid is zich te bezinnen op praktische maatregelen, en deze uit te werken, als voorbereiding op de volledige uitvoering van de resolutie van de NPV-toetsingsconferentie van 1995 over het Midden-Oosten („de resolutie van 1995”) en de instelling van een dergelijke zone.