Betekenis van:
beëindigen

beëindigen
Werkwoord
  • stoppen; beëindigen; beëindigen; stoppen; beeindigen
"je carrière beëindigen"
"een ruzie beëindigen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

beëindigen
Werkwoord
  • tot een einde brengen
"De scheidsrechter beëindigde de wedstrijd omdat er rellen waren uitgebroken op de tribune."

Voorbeeldzinnen

  1. Ik stelde voor de vergadering te beëindigen.
  2. Herverzekeringsondernemingen die hun werkzaamheden beëindigen
  3. vóór het beëindigen van zijn laatste dienstbetrekking
  4. de procedure betreffende Taiwan te beëindigen
  5. de procedures betreffende Bosnië-Herzegovina en Turkije te beëindigen.
  6. De ondernemingen werden gelast de inbreuken te beëindigen.
  7. Het is daarom dienstig de onderzoekprocedure te beëindigen.
  8. Aantal cruisepassagiers die een cruise beginnen en beëindigen.
  9. Het is derhalve dienstig de onderzoeksprocedure te beëindigen,
  10. De partijen moeten het recht hebben een kredietovereenkomst met onbepaalde looptijd normaal te beëindigen.
  11. Alle belanghebbenden zijn in kennis gesteld van het voornemen om de procedure te beëindigen.
  12. Deze centrales ontvangen die vergoeding als compensatie voor het beëindigen van hun PPA met PSE.
  13. Het staat de examinator in dat geval vrij het praktische examen voortijdig te beëindigen.
  14. omdat hij/zij zijn/haar militaire of vervangende dienstplicht nog moet beëindigen
  15. Elk lid kan zijn lidmaatschap van de gemeenschappelijke onderneming IMI beëindigen.