Betekenis van:
bit

bit (het ~ | meervoud bitten)
Zelfstandig naamwoord
  • mondstuk voor paard
"het bit tussen de tanden nemen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

bit (de ~ | meervoud bits)
Zelfstandig naamwoord
  • binary digit
"8 bit/bits maken samen 1 byte"

Hyperoniemen

bit
Zelfstandig naamwoord
  • een metalen staaf die een paard in de bek gedaan wordt om het dier berijdbaar te maken
"De ruiter trok aan het bit om zijn rijdier van richting te doen veranderen."
bit
Zelfstandig naamwoord
  • een gebitsbeschermer

Voorbeeldzinnen

  1. 1024 bit
  2. Bit nummer(s)
  3. Kbit 1024 bit
  4. 3 kWh (framebuffergrootte > 64-bit)
  5. 35 kWh (framebuffergrootte ≤ 128-bit)
  6. 50 kWh (framebuffergrootte > 128-bit)
  7. RSA (1024 bit modulus) of beter
  8. 1,2-Benzisothiazool-3(2H)-on (benzisothiazolinon (BIT))
  9. storing éénmalige gebeurtenis 1 × 10-7 fout/bit/dag;
  10. storing éénmalige gebeurtenis 1 × 10–7 fout/bit/dag;
  11. storing éénmalige gebeurtenis 1 × 10–7 fout/bit/dag;
  12. 7-bit ANSI-code voor de onderlinge uitwisseling van informatie
  13. een scheidend vermogen van 8 bit of meer maar minder dan 10 bit, met een outputsnelheid van meer dan 500 miljoen woorden per seconde;
  14. een scheidend vermogen van 10 bit of meer maar minder dan 12 bit en een outputsnelheid van meer dan 200 miljoen woorden per seconde;
  15. een scheidend vermogen van 8 bit of meer doch minder dan 12 bit, met een 'totale omzettingstijd' korter dan 5 ns,