Betekenis van:
blut
blut
Bijvoeglijk naamwoord
- platzak; blut
"helemaal blut zijn"
Synoniemen
Hyperoniemen
blut
Bijvoeglijk naamwoord
- geen geld meer hebbend
"Na die aankoop was hij helemaal blut."
blut
Bijvoeglijk naamwoord
- geen geld meer hebbend
"Na die aankoop was hij helemaal blut."
Voorbeeldzinnen
- Ik ben blut.