Betekenis van:
bouwnijverheid
bouwnijverheid (de ~)
Zelfstandig naamwoord
- bouwbedrijven; bouwbedrijf; economische tak; geheel van bouwmensen; branche v.d. bouwnijverheid
"in de bouwnijverheid"
Synoniemen
Hyperoniemen
Voorbeeldzinnen
- „Bouwnijverheid”
- Bouwnijverheid
- B – Bouwnijverheid
- Bouwwerken; bouwnijverheid
- Landbouw/bouwnijverheid
- F Bouwnijverheid
- Mortel (bouwnijverheid)
- waarvan: bouwnijverheid
- Stangen (bouwnijverheid)
- Platen (bouwnijverheid)
- F (bouwnijverheid);
- Waarvan: bouwnijverheid
- Voorlopige resultaten (bouwnijverheid)
- Omzet uit bouwnijverheid
- Jaarstatistiek EEA's (bouwnijverheid)