Betekenis van:
braam
braam
Zelfstandig naamwoord
- ''Rubus'', braamstruik
braam
Zelfstandig naamwoord
- ''Rubus'', vrucht van de braamstruik
braam
Zelfstandig naamwoord
- beschadiging op een (metaal)oppervlak
braam (de ~ | meervoud bramen)
Zelfstandig naamwoord
- struik met bramen; braamstruik
Synoniemen
Hyperoniemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- van braam (Brama spp.)
- braam (Brama spp.)
- Braam (Brama brama)
- Pomfrets, ocean breams n.e.i. Braam
- Rubus Villosus Root Extract is een extract van de wortels van de braam, Rubus villosus, Rosaceae
- Rubus Fruticosus Extract is een extract van de vruchten van de braam, Rubus fruticosus, Rosaceae
- Rubus Fruticosus Leaf Extract is een extract van de bladeren van de braam, Rubus fruticosus, Rosaceae
- Rubus Villosus Extract is een extract van de vruchten van de braam, Rubus villosus, Rosaceae
- Rubus Villosus Leaf Extract is een extract van de bladeren van de braam, Rubus villosus, Rosaceae
- Het gebruik van staande netten is verboden voor de visserij op de volgende soorten: witte tonijn (Thunnus alalunga), blauwvintonijn (Thunnus thynnus), zwaardvis (Xiphias gladius), braam (Brama brama), haaiachtigen (Hexanchus griseus; Cetorinhus maximus; Alopiidae; Carcharhinidae; Sphyrnidae; Isuridae en Lamnidae).