Betekenis van:
chaos

chaos
Zelfstandig naamwoord
  • grote wanorde
"De stroomstoring zorgde voor chaos."
chaos (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • toestand van ongeordendheid of verwarring
"in de chaos"
"er ontstaat een chaos"

Synoniemen

Hyperoniemen

chaos
Zelfstandig naamwoord
  • de ordeloze massa voor de schepping

Synoniemen

Hyperoniemen

chaos
Zelfstandig naamwoord
  • mathematische onzekerheid die veroorzaakt wordt door onbekende factoren