Betekenis van:
chloor
chloor (de/het ~ | meervoud chloren)
Zelfstandig naamwoord
- vloeibaar bleekmiddel; bleekmiddel
"(geen) chloor bevatten"
"de werkster gebruikt chloor om het toilet schoon te maken"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
chloor
Zelfstandig naamwoord
- scheikundig element met symbool '''Cl''' en atoomnummer 17. Het is een geelgroen halogeen ,dat bij kamertemperatuur gasvormig is
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Chloor
- chloor
- Chloor totaal
- Chloor (Cl)
- 2-chloor-5-chloormethylthiazool
- 2-chloor-1,3-butadieen
- 2-chloor-4,5-difluorbenzoëzuur
- alkanen, C10-13-, chloor;
- 4-Chloor-2-nitroaniline
- 4-chloor-4'-fluorbutyrofenon
- 1-Chloor-2,4-dinitrobenzeen
- Chloor-1,1,1-trifluorethaan
- 5-chloor-2-hydroxybenzofenon
- 7-chloor-2-methylchinoline
- (2-chloor-1,3-butadieen)