Betekenis van:
contract

contract (het ~ | meervoud contracten)
Zelfstandig naamwoord
  • speelbeurt waarin een partij een afgesproken aantal slagen moet halen
"het contract maken"

Hyperoniemen

contract
Zelfstandig naamwoord
  • een schriftelijk vastgelegde overeenkomst

Voorbeeldzinnen

  1. Ik moet de borg voor de aanvang van het contract betalen.
  2. Bouwfase/-contract:
  3. SPECIFIEK CONTRACT
  4. Datum van het contract
  5. Uitvoering van het contract
  6. referentiegegevens van het contract;
  7. Onderdelen van het contract
  8. Nummer besluit of contract
  9. Ontbinding van het contract
  10. Wijziging van het contract
  11. 19 Schade — contract
  12. Afdeling 2 Contract
  13. Acties onder contract
  14. Contract met een uitzendbureau
  15. Het contract is een contract voor het verrichten van diensten