Betekenis van:
dier

dier (het ~ | meervoud dieren)
Zelfstandig naamwoord
  • niet tot de planten behorend levend wezen dat begaafd is met gevoel en willekeurige beweging
"een politiek dier"
"wilde dieren"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

dier
Zelfstandig naamwoord
  • met zintuigen uitgerust meercellig organisme dat zijn energie verkrijgt uit andere dierlijke of plantaardige organismen

Voorbeeldzinnen

  1. Dat dier is enorm!
  2. Hij weet bijna niets over dat dier.
  3. De mens is het enige dier dat kan lachen.
  4. Hoe noem je dit dier in het Japans?
  5. Tot heil voor mens en dier
  6. De mens is het enige dier dat gebruik maakt van vuur.
  7. per dier
  8. (EUR/dier)
  9. (cm/dier)
  10. (m2/dier)
  11. (m/dier)
  12. 0,01 EUR/dier
  13. 1,50 EUR per dier.
  14. 2,20 EUR per dier;
  15. 3,5 euro per dier;