Betekenis van:
doorkrijgen

doorkrijgen
Werkwoord
  • gaan beseffen dat er iets niet klopt
"Die oplichter kon goed praten, maar toch kreeg ik hem al gauw door."
doorkrijgen
Werkwoord
  • door iets heen

Hyperoniemen

doorkrijgen
Werkwoord
  • (een signaal) opvangen op een radio- of tv-toestel

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen