Betekenis van:
drank

drank (de ~ | meervoud dranken)
Zelfstandig naamwoord
  • vloeistof om te drinken
"een [warme/koude] drank"
"een lekker drankje"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

drank (de ~ | meervoud dranken)
Zelfstandig naamwoord
  • alcoholhoudend drinken; vloeistof waarvan je dronken wordt
"te veel drank op hebben"
"ze is aan de drank"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

drank
Zelfstandig naamwoord
  • te drinken vloeistof om de dorst te lessen en die :
drank
Zelfstandig naamwoord
  • ofwel alcohol bevat
drank
Zelfstandig naamwoord
  • ofwel geen alcohol bevat

Voorbeeldzinnen

  1. Je moet niet rijden onder invloed van drank.
  2. spijzen, drank en restauratie;
  3. aquavit (gedistilleerde drank met komijnzaad)
  4. Installatie van voedings-, drank- en tabaksverwerkende machines
  5. Machines voor voedsel-, drank- en tabaksbewerking
  6. Onder c) wordt „gedistilleerde drank van granen” als volgt gedefinieerd:
  7. Deel H: Overige bijzonderheden voor voedsel, drank en maaltijden
  8. Groep A: Bijzonderheden voor voedsel, drank en maaltijden
  9. andere––––– alle essentiële aromatische stoffen van een bepaalde drank bevatten:
  10. Machines voor het vullen ... van flessen .../het persen van koolzuur in drank
  11. Aangezien het product een drank is, kan het niet in hoofdstuk 13 worden ingedeeld.
  12. bereidingen die alle essentiële aromatische stoffen van een bepaalde drank bevatten
  13. bereidingen die alle essentiële aromatische stoffen van een bepaalde drank bevatten:
  14. bereidingen die alle essentiële aromatische stoffen van een bepaalde drank bevatten:
  15. Het product is bedoeld om rechtstreeks als drank te worden gebruikt.