Betekenis van:
dwarrelen

dwarrelen
Werkwoord
  • fladderend zweven; dwarrelend neerkomen
"blaadjes dwarrelen van de bomen"
"dwarrelen naar [beneden]"

Synoniemen

Hyperoniemen

dwarrelen
Werkwoord
  • zijdelings heen en weer schommelend door de lucht afdalen
"De herfstbladeren dwarrelden uit de bomen."

Werkwoord