Betekenis van:
dweilen

dweilen
Werkwoord
  • ijsbaan vegen
"de baan dweilen"

Hyperoniemen

dweilen
Werkwoord
  • met een dweil schoonmaken
"de vloer dweilen"
"dat is dweilen met de kraan open"

Hyperoniemen

dweilen
Werkwoord
  • aan de zwier zijn; inspannend lopen; in een sliert gaan; op stap gaan

Synoniemen

Hyperoniemen

dweil (de ~ | meervoud dweilen)
Zelfstandig naamwoord
  • dikke doek waarmee vocht, vuil van de vloer wordt opgenomen
"eruit zien als een dweil"

Hyperoniemen

dweil (de ~ | meervoud dweilen)
Zelfstandig naamwoord
  • iem. die geregeld teveel alcohol drinkt

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

dweil (de ~ | meervoud dweilen)
Zelfstandig naamwoord
  • ordinaire vrouw; iemand waar anderen overheen lopen; hoerige vrouw; ordinaire vrouw; ordinaire vrouw; beledigende naam voor vrouw

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Dweilen.
  2. dweilen, vaatdoeken, stofdoeken, poetsdoeken en dergelijke
  3. Dweilen, vaatdoeken, stofdoeken, poetsdoeken e.d., van textielvlies
  4. Schoonmaakartikelen, zoals bezems, boenders, stoffers en blikken, stofdoeken, theedoeken, dweilen, sponzen
  5. Dweilen, vaatdoeken en stofdoeken, andere dan die van brei- of haakwerk
  6. Dweilen, vaatdoeken, stofdoeken, poetsdoeken e.d., gebreid, gehaakt of van textielvlies; reddingsvesten, reddingsboeien en andere artikelen
  7. Dweilen, vaatdoeken, stofdoeken, poetsdoeken e.d., (excl. gebreid, gehaakt, of van textielvlies)
  8. Dweilen, vaatdoeken, stofdoeken, poetsdoeken e.d., gebreid, gehaakt of van textielvlies; reddingsvesten, reddingsboeien en andere artikelen
  9. Dweilen, vaatdoeken en stofdoeken, andere dan die van brei- of haakwerk
  10. artikelen die als zodanig dan wel na enkel te zijn gesneden, kunnen worden gebruikt zonder te worden genaaid of zonder een andere aanvullende bewerking te ondergaan (bijvoorbeeld sommige dweilen, handdoeken, tafelkleden, hoofddoeken, dekens);