Betekenis van:
elleboog
elleboog (de ~ | meervoud ellebogen)
Zelfstandig naamwoord
- buitenste kromming van de arm ter plaatse van het gewricht tussen beneden- en bovenarm
"hij heeft het achter de ellebogen"
"met de ellebogen werken"
Hyperoniemen
elleboog
Zelfstandig naamwoord
- gewricht in het midden van de arm dat de bovenarm met de onderarm verbind
elleboog
Zelfstandig naamwoord
- iets dat rechthoekige omgebogen is
Voorbeeldzinnen
- Elleboog
- door een of meer optische componenten van de koplamp te bewegen zonder de knik in de elleboog van de licht-donkergrens horizontaal te verschuiven, worden de metingen uitgevoerd met deze componenten in hun uiterste werkstand;
- door het dimlicht te draaien of de knik in de elleboog van de licht-donkergrens horizontaal te verschuiven, worden de metingen uitgevoerd nadat de koplamp in haar geheel opnieuw horizontaal is gericht, bv. door middel van een hoekmeter;
- Indien de lichtbundel geen licht-donkergrens met een duidelijke „elleboog” vertoont, wordt de afstelling in zijdelingse richting verricht op de wijze die het best voldoet aan de voorschriften voor verlichting op de punten 75 R en 50 R voor rechts verkeer en op de punten 75 L en 50 L voor links verkeer.