Betekenis van:
enten

ent (de ~ | meervoud enten)
Zelfstandig naamwoord
  • tak of spruit

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. stekken zonder wortels en enten
  2. Levende planten, bollen, wortels, stekken en enten
  3. Andere levende planten (wortels daaronder begrepen), stekken en enten; champignonbroed
  4. Andere levende planten (wortels daaronder begrepen), stekken en enten; champignonbroed
  5. „Overenting”: het enten van een wijnstok die voordien reeds werd geënt.
  6. Mag alleen worden toegelaten voor indoortoepassingen als groeiregulator voor planten en als fungicide voor het enten van wijnstokken.
  7. beplante oppervlakte die uitsluitend is bestemd voor de productie van vegetatief teeltmateriaal (wijnstokken voor de productie van enten);
  8. Tijdens de groei, het rooien of het wegnemen van enten bij het uitgangsmateriaal worden teeltmateriaal en fruitgewassen in afzonderlijke partijen gehouden.
  9. plantgoed: volledige planten en plantendelen, waaronder voor geënte planten de enten inbegrepen die bestemd zijn om te worden uitgeplant voor de productie van groentegewassen;
  10. Tijdens de groei, tijdens het rooien of tijdens het wegnemen van enten bij het uitgangsmateriaal worden teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen in afzonderlijke partijen gehouden.
  11. In afwijking van de leden 1 en 2 worden het aanplanten en het enten als bedoeld in die leden toegestaan, mits dat gebeurt op grond van:
  12. Het is eveneens verboden wijndruivenrassen die overeenkomstig artikel 120 bis, lid 2, in een indeling mogen worden opgenomen, te enten op andere wijndruivenrassen dan de in dat artikel bedoelde.
  13. De persoon die de planten wil enten, stelt de verantwoordelijke officiële instanties van de lidstaat waarin die bedrijven zich bevinden, vooraf in kennis van de naam en het adres van de eigenaar van die bedrijven.
  14. In afwijking van lid 2, eerste en tweede alinea, en lid 3, tweede alinea, is het aanplanten, heraanplanten of enten van de volgende wijndruivenrassen toegestaan in het kader van wetenschappelijk onderzoek en experimenten:
  15. De Gemeenschap en de lidstaten dienen ook over de mogelijkheid te beschikken om vaccinvoorraden aan te leggen om in geval van nood pluimvee of andere in gevangenschap levende vogels mee in te enten.