Betekenis van:
esprit

esprit (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • geest
"esprit de corps"
"esprit de clocher"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Esprit is een door de Europese Gemeenschap opgezet programma.
  2. In die beide zaken had de Waalse Gewestexecutieve steun verleend aan Glaverbel, een onderneming die investeerde in geavanceerde-technologiesectoren, zoals de sector waarin foto-elektrische cellen in dunne lagen worden ontwikkeld, een project dat van het Europees strategisch programma voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van informatietechnologie (Esprit) deel uitmaakte.